Mark Rushbrook, wereldwijd directeur van Ford Motorsport, heeft in gesprek met Motorsport.com een update gegeven over de voortgang van Red Bulls 2026-krachtbron, die de Oostenrijkse renstal samen met Ford produceert. Volgens Rushbrook verloopt alles volgens plan en is de sfeer binnen Red Bull Ford Powertrains goed. Echter, Rushbrook stelt ook dat het pas écht duidelijk wordt waar ieder team staat als de auto's de baan op rijden tijdens de testdagen in Barcelona (eind januari) en Bahrein (februari).
Voor het eerst in de geschiedenis van Red Bull Racing zal er op de campus in Milton Keynes een eigen krachtbron worden geproduceerd. Volgens Rushbrook hoeft men zich echter geen zorgen te maken dat er zaken in het honderd lopen. "Alles verloopt volgens plan en we zijn waar we moeten zijn, maar het komt natuurlijk pas echt samen als de auto op het circuit staat", vertelde de Ford-topman aan Motorsport.com. "Dat wordt een belangrijke dag en een belangrijke week. Pas dan zullen we zien of al het werk van de afgelopen drie jaar zijn vruchten afwerpt."
Ondanks het feit dat alles dus volgens plan verloopt, zijn er de nodige zenuwen bij zowel Red Bull Racing als Ford. "Er is altijd wel wat nervositeit wanneer een nieuwe auto of motor voor het eerst op het circuit rijdt. Onze computerprogramma's zijn goed voor het ontwerpen van dingen, en onze laboratoria zijn goed voor het ontwikkelen en kalibreren van de hardware, maar je hebt het pas echt gezien als het op het circuit samenkomt. We kunnen veel simuleren in onze virtuele omgeving, maar de vraag blijft of je op het circuit dingen zult zien die je in de laboratoria niet hebt kunnen zien."
Tenslotte sprak Rushbrook over welk aspect van de 2026-motoren het meest doorslaggevend zal zijn volgend jaar. "Het draait om vermogen, prestaties, betrouwbaarheid en rijeigenschappen. Wat betreft de planning en de doelen die we aan het begin van ons programma hebben gesteld, hebben we die gehaald. De afgelopen maanden hebben we ons vooral gericht op rijeigenschappen en kalibratie. Een deel daarvan kun je doen met computermodellen, een deel in het laboratorium en een deel met coureurs in de simulator. Daar ligt de focus nu op."
Lees het artikel op de mobiele website