In gesprek met Motorsport.com heeft Jos Verstappen laten weten dat hij allerminst blij is met de huidige ontwikkelingen binnen het team van zijn zoon Max. Volgens Verstappen senior vertrekken er namelijk te veel kopstukken en is dat indirect de schuld van Red Bull-teambaas Christian Horner.
Steeds meer kopstukken besluiten om de Red Bull-organisatie te verlaten. Zo kondigde Adrian Newey in mei van dit kalenderjaar aan te vertrekken bij Red Bull (inmiddels is bekend dat hij naar Aston Martin zal verkassen vanaf 1 maart 2025), werd bekend dat Jonathan Wheatley het team volgend jaar zal gaan verlaten voor het Formule 1-project van Audi en werd onlangs bekend dat Will Courtenay, die al meer dan twintig jaar bij Red Bull werkt als Head of Race Strategy, naar het team van McLaren zal gaan.
Een flinke leegloop dus bij Red Bull, iets waar Verstappen senior al voor waarschuwde begin dit jaar. "Het kan niet doorgaan zoals het nu gaat. Het zal ontploffen. Er is hier spanning zolang hij (Horner, red.) op zijn positie blijft", vertelde Jos Verstappen eerder dit jaar aan Mail Sport.
Tijdens de East Belgian Rally kreeg Verstappen de vraag hoe hij over het meest recente vertrek van Courtenay denkt. Volgens Verstappen is het vertrek van de topman precies waarvoor hij heeft gewaarschuwd in het begin van het seizoen.
"Ja, daar heb ik voor gewaarschuwd. Het team zegt dan: 'Oh, het maakt niet uit, we hebben iemand anders (die we op die positie kunnen zetten, red.).' Maar er gaan nu te veel mensen (weg, red.). En Max krijgt er elke keer vragen over en zo. Dus ja, ik denk dat het gewoon niet goed is wat er nu gebeurt", zegt de voormalig Formule 1-coureur in gesprek met Motorsport.com.
Waar Verstappen senior zich dus grote zorgen maakt over de leegloop bij het team van Red Bull, is er volgens teambaas Horner niets aan de hand en kan Red Bull zich prima redden met de werknemers die er momenteel zijn. Verstappen senior ziet daarin echter een duidelijke eigenschap van Horner. "Hij (Horner, red.) verdoezelt het altijd", aldus Jos the Boss.
Lees het artikel op de mobiele website