Lando Norris heeft aan het begin van zijn carrière geld betaald aan McLaren om voor het raceteam te kunnen rijden. Dat blijkt uit de rechtbankdocumenten met betrekking tot de zaak tussen McLaren en Alex Palou.
Palou, viervoudig IndyCar-kampioen, is door McLaren aangeklaagd wegens een vermeende contractbreuk, waardoor het Britse team zo'n twintig miljoen euro minder winst zou hebben gekregen. Palou tekende in 2023 bij McLaren om te gaan rijden voor het IndyCar-team, met perspectief op een F1-stoeltje. Uiteindelijk koos Palou ervoor om bij Chip Genassi Racing te blijven, waardoor McLaren met lege handen achterbleef.
Tijdens de rechtszaak - waarin Palou onlangs iets opvallends heeft gezegd - die speelt tussen de twee partijen, is naar voren gekomen dat Norris in zijn begintijd bij McLaren niet werd vergoed voor zijn diensten. In tegendeel, want de rijder moest zelf betalen om er te kunnen rijden. Volgens de rechtbankdocumenten betaalde de destijds al zeer hoog ingeschatte Norris zelf voor zijn test bij het team van Zak Brown.
Het feit dat Norris moest betalen, is zeer relevant voor de rechtszaak van Palou. De coureur claimt namelijk dat hij slechts een testrijder was en daar een vergoeding voor heeft betaald en daarom ook niks terug hoeft te betalen.
McLaren komt juist met het verhaal dat de rijder daar wél voor moest betalen, omdat testritten niet vergoed worden.
Ook Ryo Hirakawa deed dit. De Japanse coureur, die momenteel reserverijder is bij Haas, betaalde maar liefst 3,5 miljoen euro om te kunnen testen bij McLaren.
De verwachting is dat Norris en Hirakawa dit niet zelf hebben moeten betalen. De vader van Norris is succesvolle ondernemer die mede-oprichter was van de vermogensbeheerder Hargreaves Lansdown. Waarschijnlijk heeft hij het forse bedrag overgemaakt naar McLaren.
In het geval van Hirakawa is het aannemelijk dat de Japanner is gesponsord vanuit Toyota. Het automerk probeert de coureur al langere tijd in de Formule 1 te krijgen.
Lees het artikel op de mobiele website