Christian Horner en Toto Wolff hebben nog maar een keer de mogelijkheid aangegrepen om elkaar het leven zuur te maken. Na de Grand Prix van Emilia-Romagna kreeg Wolff wat vragen over de uitspraken van Horner, over een mogelijke leegloop bij Red Bull, na het vertrek van Adrian Newey. De Oostenrijker reageerde daar op eigen wijze op, zoals alleen Wolff dat kan bij Christian Horner.
Dat Wolff en Horner geen vrienden van elkaar zijn, is al een lange tijd bekend. Sinds de oorlog die Mercedes en Red Bull met elkaar voerden in 2021 (door de titelstrijd tussen Max Verstappen en Lewis Hamilton), grijpen de twee teambazen alles aan om in de media naar elkaar uit te halen. Ook vorige week, in Miami, was het weer raak.
Nadat bekend werd dat Adrian Newey gaat vertrekken bij Red Bull, gaf Wolff aan dat hij meerdere cv's van Red Bull-personeel in bezit zou hebben. Horner counterde die uitspraken, door te zeggen dat hij bij Mercedes weer honderden mensen had weggekaapt voor de motorafdeling. Daar had Wolff weer een scherp antwoord voor klaarliggen na de GP van Emilia-Romagna.
Tegenover RacingNews365, reageerde Wolff in Imola op de uitspraken van Horner. De Oostenrijker heeft zijn vraagtekens bij de rekenkunsten van de teambaas van Red Bull. Horner zou gezegd hebben dat hij 220 werknemers gekaapt zou hebben van Wolff, maar volgens de Mercedes-CEO is daar niks van waar. "Horner moet aan zijn wiskunde werken. Het zijn 90 engineers. Maar wat de cijfers ook zijn, het is volkomen normaal dat er wisselingen tussen teams plaatsvinden. Ik denk dat wij een motorafdeling hebben die heel erg goed is, met een geweldig management. Er is geen millimeter die ik anders zou willen zien qua organisatorische verdeling en de mensen die daar werken. Ik heb geluk dat ik met ze samen kan werken", aldus Wolff.
Ondanks een rampseizoen denkt Wolff dat hij in 2026, als de nieuwe motor- en aerodynamische reglementen ingaan, met Mercedes een pijlsnelle auto kan ontwerpen. "Mercedes heeft een perfecte organisatie. Sinds 2014 zijn we redelijk de benchmark als het op de motor aankomt en dat is niet veranderd. Ik kan niet wachten tot 2026 om de verschillen in prestatieniveaus van de motoren te zien".
Lees het artikel op de mobiele website