In 2026 gaat Red Bull Racing voor het eerst zelf een krachtbron bouwen, met de hulp van Ford. In eerste instantie was het de bedoeling om samen met Porsche in zee te gaan, maar toen die deal in het water viel, besloot Red Bull over te stappen naar de Amerikaanse fabrikant, die vooral financieel een belangrijke partner voor Red Bull zijn.

Inmiddels is die samenwerking in volle gang. Over twee seizoenen moet de nieuwe motor over het circuit razen en volgens Christian Horner is het daarom nu een zeer spannende tijd. De voorbereidingen op het 2026-seizoen laten positieve berichten zien voor Red Bull - al is niet iedereen daar zo zeker van - en dat is ook hard nodig. Horner laat namelijk weten dat dit project niet mis mag gaan.

Als Red Bull en Ford falen in het creëeren van een competitieve krachtbron, heeft het bedrijf een groot probleem. Dit omdat moederbedrijf Red Bull nog nooit zoveel heeft geïnvesteerd in het Formule 1-project. Met de ontwikkeling van de eigen krachtbron is Red Bull Powertrains de duurste afdeling van het F1-team en het kan niet zo zijn dat die investering allemaal voor niks is geweest, meent Horner.

"De omvang van de investering is de grootste die Red Bull ooit in de autosport heeft gedaan. Samen met Ford moeten we slagen. We kunnen het ons niet veroorloven dat we met dit project falen. Ik denk dat het voor ons, strategisch gezien, het perfecte moment was om alles onder controle te krijgen en alles om dezelfde campus te plaatsen. Met de verandering in regelgeving voor de motoren kwam dat allemaal perfect bij elkaar", aldus Horner bij Motorsport.com.

Ford helpt Red Bull enorm

Ford is qua financiële hulp erg belangrijk voor Red Bull Racing, maar de Amerikanen zijn ook een belangrijke steunpilaar als het gaat om kennis. Ford heeft namelijk al tientallen jaren ervaring in het ontwikkelen van motoren en zij zorgen ervoor dat Red Bull op het juiste pad blijft. Vooral aan het begin van het project heeft Ford daarin enorm geholpen.

"Omdat we nog in de opbouwfase zaten, waar we nog geen middelen en capaciteit hadden, vroegen we: 'Oké, we hebben simulatie-ingenieurs nodig, we hebben elektrotechnici nodig. Dat is waar deze jongens [Ford] in actie kwamen, door hun motorsportactiviteiten en door de investering die ze hebben gedaan in EV [Electric Vehicles], was het voor ons gewoon logisch om daar te beginnen en te zeggen: 'oké, deel je ervaringen met ons'."