Robin Frijns, al jaren een bekend gezicht in de Formule E, heeft meer dan een dag in het ziekenhuis van Mexico-Stad gelegen. De Nederlander kende zaterdag, tijdens de eerste race van het FE-seizoen, een zware klapper met Norman Nato, waarna hij meer dan vijf uur op de operatietafel lag.

In eerste instantie dacht zijn team, ABT Cupra, dat het ging om 'slechts' een gebroken pols, maar Frijns zelf wist wel beter. De Limburger verging van de pijn, zo laat hij weten aan De Telegraaf. Naast een gebroken pols had hij namelijk ook vier breuken in zijn hand en stak zijn bot uit zijn hand!

"Ik heb niet alleen mijn linkerpols gebroken, maar ook vier breuken in mijn hand. Ik verging echt van de pijn. Gelukkig ben ik nu van de intensive care af en krijg ik pijnstillers, maar de pijn is zeker nog niet verdwenen. Het is flink afzien", aldus de tweevoudig E-Prix winnaar.

"Het bot stak uit mijn hand, geen pretje. Dit is zeker de zwaarste blessure in mijn carrière. En hopelijk blijft het hier ook gelijk maar bij." Frijns lag na zijn ongeluk meer dan vijf uur op de operatietafel en mocht pas na meer dan een dag na zijn crash op het Autodromo Hermanos Rodriguez van de Intensive Care af.