Het 2022 Formule 1-seizoen begon ijzersterk voor Ferrari en Charles Leclerc. De Monegask won de Grand Prix van Bahrein, werd tweede in Saoedi-Arabië, waarna hij in Australië weer wist te winnen. Het leek eindelijk weer te gebeuren: een Ferrari-coureur die de wereldbeker omhoog hield op het FIA-gala in Parijs, maar het mocht niet zo zijn.

Al snel begon het duo Ferrari-Leclerc foutjes te maken. In Imola ging Leclerc te snel de chicane in, waarna hij in de muur belandde en moest pitten voor een nieuwe voorvleugel. Dit zorgde ervoor dat hij terugviel van de derde naar de tiende plaats en hij zich uiteindelijk terugvocht naar de zesde positie. Deze fout was het begin van een achtbaan binnen Ferrari.

Het Italiaanse team maakte fouten op het gebied van tactiek, ging de mist in tijdens pitstops en had een slechte betrouwbaarheid qua motoren. Maar ook Charles Leclerc maakte meer foutjes. De grootste fout van Leclerc kwam in Frankrijk, toen hij vanaf de leiding spinde en in de muur knalde. Dit zorgde ervoor dat hij uit de race lag en Max Verstappen 26 punten kon uitlopen op Leclerc.

Volgens veel fans en kenners ging Leclerc vaak nét te ver, omdat hij moest overcompenseren voor wat zijn Ferrari-auto tekort kwam. Maar Leclerc zelf beweert dat hier niks van waar is. De Monegask is van mening dat zijn fouten bij iedereen hadden kunnen voorkomen en dat hij niks anders weet dat al-tijd op de limiet rijden.

"Toen ik de fouten maakte, was ik niet aan het overcompenseren. De fout in Frankrijk, die had ik overal kunnen maken. Ik probeer altijd de limieten te verleggen, zo ben ik nou eenmaal. Ik heb het gevoel dat er meer over gepraat wordt dan eigenlijk nodig is", aldus Leclerc.