Christijan Albers is van mening dat Max Verstappen niet gehinderd wordt door een Sprint-weekend. Afgelopen weekend liet Damon Hill weten dat de Nederlander zo negatief was over het nieuwe format, omdat hij daarin niet wist te winnen.

In Azerbeidzjan stond Verstappen geen een keer bovenaan. Tijdens beide kwalificaties zag hij hoe Charles Leclerc de eerste plaats opeiste, terwijl Sergio Pérez en allebei de races er als winnaar vandoor ging.

Er zou misschien gedacht worden dat Max Verstappen wederom een minder weekend kende door het Sprint-format, omdat hij vorig jaar in Oostenrijk en Brazilië ook al geen perfecte afstelling wist te vinden na een Sprint. Maar de Limburger heeft zelf al aangegeven dat dit niet het geval was.

Ook Christijan Albers denkt niet dat Verstappen veel last heeft van Sprint-weekenden, aangezien de tweevoudig wereldkampioen alles van zijn talent moet hebben. Dan maakt het niet uit hoeveel trainingen er zijn in een weekend.

"Ik denk niet dat Max daar last van heeft, om heel eerlijk te zijn", begint Albers in De Telegraaf-podcast als hem gevraagd wordt of Max meer tijd nodig heeft om zijn auto af te stellen. "Max is in mijn ogen namelijk geen werktalent, maar echt puur een natuurtalent. In combinatie met zijn ervaring van het finetunen van de auto, maakt hem megasnel in een weekend. Ik zie daar niet echt een probleem in, maar je kan een keer pech hebben. Het kan zo zijn dat hij dit keer de basisafstelling niet goed had staan", aldus de Viaplay-analist.

Bakoe ligt Pérez beter

Naast het feit dat Max misschien wat pech had met de afstelling van zijn auto, denkt Albers ook dat het stratencircuit in Bakoe beter past bij Sergio Pérez. Olav Mol had ook een interessante theorie over waarom de Mexicaan zo snel was, afgelopen weekend.

"Het is ook de karakteristiek van het circuit. Het is niet heel technisch, waardoor Pérez misschien competitiever is dan op andere circuits. Normaal heeft Max overduidelijk de overhand, maar bij dit soort circuits komt weinig techniek kijken. Daar gaat het gewoon om wie de grootste ballen heeft en wie het beste kan accelereren", aldus Albers.