Voor Max Verstappen is het duidelijk: hij is ontzettend trots op Red Bull Racing na de Grand Prix van Brazilië. Nee, het liep niet altijd even soepel tijdens het raceweekend in São Paulo, maar uiteindelijk heeft iedere werknemer van het team zijn en/of haar stinkende best gedaan om de RB21 in een beter werkvenster te krijgen voor de race op zondag.

In de kwalificatie kwam Max Verstappen flink tekort ten opzichte van de concurrentie. En niet zo'n klein beetje ook, aangezien hij in Q1 al strandde en de race vanaf de zestiende plek moest aanvangen. Voor de viervoudig wereldkampioen was dat een pijnlijk moment - waarbij hij voor het eerst in zijn F1-carrière op pure snelheid niet doorging naar het tweede deel van de kwalificatie.

Online kreeg Red Bull veel kritiek te verwerken, omdat de renstal een verkeerde afstelling had gemonteerd op de auto van Verstappen. Maar de Nederlander sprint nu in de bres voor zijn team. Zij hebben er namelijk alles aan gedaan om de auto beter te maken en hebben daarin risico's genomen voor de kwalificatie. Het kan zo zijn dat het een keer verkeerd uitpakt, maar dat neemt niet weg dat iedereen keihard heeft gewerkt om een beter resultaat neer te zetten.

"Dit weekend was moeilijk voor ons, maar het team geeft nooit op. We willen altijd beter worden: we nemen geen genoegen met de tweede plaats. Anders zou je na de sprint gemakkelijk kunnen zeggen: 'Laten we de auto niet aanraken, we doen het niet zo slecht, laten we geen risico nemen.' Maar dat is niet de mentaliteit van het team", aldus een trotse Verstappen over zijn team.

Positief resultaat op zondag

Gelukkig was de race dan ook een stuk positiever voor Red Bull dan de kwalificatie, waardoor hij het team wat terug kon geven voor hun harde werk dit weekend. Om als derde te eindigen, nadat hij niet eens op de grid mocht starten, is voor Max een ware bonus.

"Om vanuit de pitstraat helemaal naar het podium te rijden, en dat ook nog eens met een lekke band, is een ongelooflijk resultaat voor ons."